Tekst door Viveka van de Vliet
De studio van ontwerper Kiki van Eijk (1978) bestaat dit jaar 25 jaar, die van partner Joost van Bleiswijk (1976) bijna. Sinds hun afstuderen aan de Design Academy Eindhoven brengen ze als Kiki & Joost samen – en afzonderlijk – collecties uit.
Foto: winkel en expositieruimte Kiki & Joost | Fotografie: Studio Kiki & Joost
Denkende handen
Met hun ‘denkende handen’ als belangrijkste gereedschap maken Kiki en Joost vindingrijke, persoonlijke en kleurrijke producten waarmee ze zich keer op keer weten te onderscheiden. Met die handen hebben ze werkelijk alles zelf gemaakt: hun verbouwde woonboerderij, de werkplaats en expositieruimte, de tuin en hun collecties.
De twaalf meter hoge werkplaats in Eindhoven lijkt op een speelse en ambachtelijke fabriek vol gereedschappen, een kleioven, stoffen en garens en houten kratten om hun collecties te vervoeren naar galeries, musea, beurzen, huizen, winkels en merken in binnen– en buitenland. De expositieruimte annex winkel lijkt op een tropische oase van kleuren, vormen en materialen. Het plezier dat Kiki en Joost hebben in het ambachtelijk maken en onderzoeken zorgt voor een vrolijke energie in deze sombere tijden.
Kiki en Joost delen een website en studio, hebben samen twee kinderen en hebben weliswaar een eigen loopbaan, maar die ontwikkelt zich parallel en in hetzelfde tempo, tot aan het ongeveer gelijktijdig hebben van een bijzondere solotentoonstelling in 2021: Van Bleiswijk in het Centraal Museum (Reconnect) en Van Eijk in het Textielmuseum (Gedachtenspinsels).

Daarmee houdt de vergelijking wel op. Al hebben ze beiden een voorkeur voor collages, hun inspiratiebronnen en de manier van werken zijn zeer uiteenlopend. Joost is technisch en ziet meteen hoe je iets moet maken. Vanuit één werktekening gaat hij volgens plan aan de slag. Hij is een soort wiskundige, architect en bouwer in één, met een voorliefde voor industriële machines en technieken. Hij zit het liefst in de werkplaats en construeert, last, zaagt, schroeft, giet, vouwt en bouwt. Zijn werk bevindt zich vaak op het snijvlak van meubel en architectonische sculptuur. |
Kiki’s werk lijkt soms afkomstig uit een snoepwinkel: het is fantasievol, verfijnd, gedetailleerd, heeft een zacht kleurenpallet en is – of oogt – tactiel. Niet alleen haar wandkleden zijn aaibaar, ook collecties als Soft (Clocks, Candy Bags) verrassen omdat de ontwerpen zacht lijken, maar zijn vervaardigd van aardewerk. Ze denkt eerst na, schetst, tekent en maakt aquarellen voordat ze aan het werk gaat – het liefst in volledige afzondering, met uitzicht op de natuur, haar belangrijkste inspiratiebron. |

Werken jullie in die 25 jaar ook veel samen?
K: “Niet vaak, maar wel bijvoorbeeld voor North Sea Jazz Festival. Joost doet dan de architectuur en ik de materialen, visualisaties, kleuren, de overall sfeer. Bij de scenografie voor het Singer Laren, kun je niet direct aanwijzen wie wat heeft gedaan. Bij de dubbelexpositie van twee Franse schilders: Henri Martin (1860-1943) en Henri Le Sidaner (1862-1939) hebben we een idyllische en intieme hedendaagse wereld gecreëerd louter met gekleurd papier en verf. De andere restrictie was dat we slechts drie dagen voor de opbouw hadden. Ik denk: redden we dat? En Joost denkt stoer: we gaan het gewoon doen.”
Foto: Singer Laren | Fotografie: Redwire Media
Is ‘gewoon doen’ een soort motto voor alles wat jullie gebouwd en gedaan hebben?
K: “Vrienden van ons, kunstenaars en ontwerpers die vijftien jaar ouder zijn raadden het ons af. Ik denk juist dat we op een leeftijd zijn dat ons brein nog jong is, we fit en flexibel zijn en de kinderen op een makkelijkere leeftijd zijn. We hebben dit hele pand zelf gebouwd, omdat Joost technisch goed is en dit in redelijk korte termijn heeft kunnen doen. Zo’n nieuwe plek realiseren kost geld, maar het is de investering waard en het geeft ook een nieuwe dynamiek en mogelijkheden.”
Foto: Reconnect, Centraal Museum Utrecht | Ontwerp: Joost van Bleiswijk | Fotografie: Roos Pierson
J: “Je kan of heel hard werken en geld verdienen en iemand inhuren om het voor je te doen, of het zelf doen. We hebben altijd onze intuïtie gevolgd en nooit hele gekke dingen gedaan. Het was fijn dat we – noodgedwongen – de kans hebben gehad om alles rustig op te bouwen omdat we vanaf het begin niet mega–gehyped zijn. We hebben nooit geïnvesteerd in de werkplaats, maar zijn meegegroeid met wat we deden: dus als we een zaag nodig hadden voor een opdracht, kochten we die en vervolgens bedenken we er een nieuwe toepassing mee. We hebben geen schulden gemaakt of leningen afgesloten. En er is geen stress doordat we niet steeds naar een nieuwe werkplek hoeven te verhuizen. Je zorgen maken over een werkplek is killing voor een creatief. Dus als het kan, wacht niet en koop iets.”
“Je zorgen maken over een werkplek is killing voor een creatief. Dus als het kan, wacht niet en koop iets.”
–
Joost van Bleiswijk
Vieren jullie het 25-jarig jubileum?
K: “Tijdens Dutch Design Week Eindhoven (DDW25) in oktober, presenteren we ‘Joost & Kiki & Friends in Action’. Binnenkort ga ik een residentie doen bij kunstenaar Marc Mulders. In zijn tuin ga ik in een mobiel atelier, die Piet Hein Eek heeft ontworpen, aan een serie nieuwe wandkleden werken. Die worden bij het TextielMuseum ontwikkeld en samen met het ook door de tuin geïnspireerde nieuwe werk van Mulders bij ons geëxposeerd. Daarnaast kregen we van Diederik Verbakel (*DIED) een poster opgestuurd waarop stond: ‘Diederik X Kiki & Joost at DDW25’, met daaronder: ‘Vinden jullie dit een leuk idee?’ Heel brutaal en tè leuk, dus dat gaan we doen. Daarnaast zit de ‘action’ in het live zeefdrukken in de werkplaats.”
J: “En ik ben een project aan het voorbereiden dat gaat over het schieten van allerlei dingen.”
Schieten?
J: “Er is veel dreiging en geweld in de wereld. Ik wil de ellende en negativiteit op een andere manier gebruiken door met een zelfontwikkeld luchtdrukkanon verf en klei te schieten en daar dingen van te vormen.”
K: “Alles is al zwaar genoeg. Als het kan houden wij het positief en luchtig.”
Foto: Funky Punky console | Ontwerp: Joost van Bleiswijk
In 2021 hebben jullie Studio Studio Thinking Hands opgezet aan de Design Academy Eindhoven. Jullie leren studenten hoe ze zonder beeldschermen en 3D-modellen creëren met ‘denkende handen’.
K: “Wij zijn Thinking Hands gestart omdat we dachten dat er behoefte aan was. Joost Jansen met Studio Bodybuilding en ook Nacho Carbonell startten tegelijkertijd met een programma gericht op ambachtelijk maken en intuïtie. Al deze studierichtingen zijn nog steeds super populair. Het is leuk dat we talenten van de nieuwe generatie, zoals Willem Zwiers en Pepijn Fabius Clovis, hebben kunnen inspireren, maar ze hadden vooral de behoefte aan het zelf maken.”
Foto's: SPROUT | Ontwerp: Kiki van Eijk
K: “Studenten hebben de neiging om in hun hoofd te blijven zitten waardoor ze niets uit hun handen krijgen. Daarom zeggen wij: begin en laat je verrassen door wat er komt. Tegelijkertijd moet je nadenken wat je in je handen hebt en wat je ermee kunt. Het is dus de kunst om brein en handen te trainen hoe je tot nieuwe ideeën kan komen. Het is even wennen, daarna zie je dat ze blij zijn en zich bevrijd voelen. Vanaf dat moment kun je elk creatief proces doorlopen als je erin gelooft en beseft dat niet alles meteen lukt. Het kost tijd, twijfel, bloed, zweet en tranen, maar daar wordt alles uiteindelijk beter van.”
J: “Dat zag ik bijvoorbeeld bij Willem Zwiers: ik reikte een paar dingen aan en hij bloeide op. Er gebeurt iets waardoor er vrijheid ontstaat, dat is fantastisch om te zien.”
“Het is dus de kunst om brein en handen te trainen hoe je tot nieuwe ideeën kan komen.”
–
Kiki van Eijk
Zijn er overeenkomsten in hoe jullie begonnen?
J: “Deze ontwerpers gaan ervoor en zijn niet bang om hun handen vuil te maken. Dat is precies zoals wij het toentertijd deden. Terwijl in een crisis iedereen uit een rare krampachtige angst voor de veilige weg kiest. Zo krijg je minder uitgesproken ontwerpen, terwijl het juist de tijd is om te floreren en je identiteit te behouden. Dit sluit aan bij wat wij altijd hebben geprobeerd: zelf iets doen en maken, ook al is er twijfel of risico. De eerste keer dat we naar Milaan gingen stond ik te trillen op mijn benen. Je zet alles op het spel als je zulke spannende keuzes maakt en niet weet of het gaat lukken.”
K: “Maar wat hadden we te verliezen? Het ergste wat er kon gebeuren was dat we tijdelijk vakken moeten vullen bij de AH. Onze hele bankrekening ging op aan Milaan en aan het maken van nieuwe dingen en tegelijkertijd was het een goede beslissing. We hadden ook nog geen kinderen en werknemers en ik woonde anti–kraak.”
J: “Het was een totaal ander soort leven. Zeven dagen per week, twaalf uur per dag polijsten, daar hadden we de energie voor.”
Foto: No Screw No Glue – Farmers Cabinet, polished stainless steel | Ontwerp: Joost van Bleiswijk
Hoe blijven jullie jezelf telkens vernieuwen en ontwikkelen?
J: “Iets nieuws doen is niet altijd de meest makkelijke manier, want je moet elke keer opnieuw mensen enthousiasmeren. Toch zou ik nooit telkens hetzelfde kunnen doen. Nieuwe dingen zitten soms al tien jaar in de ladekast vol ideeën in mijn hoofd. Als het omzetten van zo’n idee even niet lukt of anders uitpakt dan je voor ogen had, is het ook belangrijk dat je kunt schakelen en flexibel bent in je gedachten.”
K: “Je moet altijd actief en dynamisch blijven en nieuwe dingen doen om jezelf weer uit te vinden. Afwisseling is ook goed: we maken vrij werk en werk in opdracht. Zo ben ik voor Hermès Spanje en Portugal allerlei handwerktechnieken aan het uitpluizen. Dat biedt inspiratie, het geeft ambachten die verloren dreigen te gaan meer waarde, en levert kennis op die ik weer in mijn autonome werk kan toepassen.”
Wat is jullie favoriete gereedschap?
K: “Mijn handen.”
J: “De slijptol, daar kun je zoveel mee.”
“Nieuwe dingen zitten soms al tien jaar in de ladekast vol ideeën in mijn hoofd.”
–
Joost van Bleiswijk
Is dit jubileum aanleiding om stil te staan bij wat jullie willen?
K: “Ik wil graag meer werken maken voor de publieke ruimte, omdat het voor iedereen is. Voor De August, een sociaal woningbouwproject van Ymere en Team V Architecture in Amsterdam-Noord, heb ik dit jaar Soft Pebbles gemaakt. De keramische poefjes, verlichting en een enorme pergola, ogen als zacht textiel. Het werk verbindt het gebouw, de gemeenschappelijke tuin en de bewoners met elkaar. Het bewijst dat je zoveel kunt toevoegen, terwijl het kunstbudget maar een peulenschil is ten opzichte van het totale bouwbudget.”
Foto: Imaginings, TextielMuseum, Tilburg | Ontwerp: Kiki van Eijk | Fotografie: Roos Pierson
J: “Architectuur is vaak losgekoppeld van de levende ruimte, dat wil ik meer bij elkaar laten komen. Ik wil praktische en in de basis vrij eenvoudige architectuur creëren, zoals dit pand. Maar dan groter in volume.”
Waarover dromen jullie?
K: “Als ik wandkleden ontwerp, knip ik geconcentreerd stukjes stof, ik teken en maak aquarellen. Voor die dingen kan ik geen andere mensen om mij heen hebben. Daarom zou ik wel een mobiel atelier willen zoals Marc Mulders heeft. Een plekje voor mij alleen, met daglicht en midden in het groen.”
J: “Een eigen knutselplek, waar ik alles kan uitproberen, want in de werkplaats is het druk, is er altijd afleiding en moet ik mijn spullen opruimen.”